woorden opeten 1.0
woorden inslikken; woorden niet uitspreken
Algemene voorbeelden
Ze liggen in mijn mond, die woorden, ik vind dat ik ze zou moeten uitspreken, dat het mijn plicht is als echtgenote van een schrijver, maar ze willen mijn mond niet verlaten, ze blijven daar zitten. Gestremd. Andere woorden kan ik nauwelijks in mijn mond houden. Waarom heb jij nooit getreurd om ons? Waarom treur jij niet om ons? Ik slik krampachtig, eet ze op die woorden, die ik zeker nu niet mag uitspreken, nu hij blij is en enthousiast, nu het weer lukt, het schrijven.